Kruis voor Recht en Vrijheid, militair opgemaakt met gesp 'KOREA 1950' (4x), met baton (1x)
medaille
Het Kruis voor Recht en Vrijheid werd door Koningin Juliana der Nederlanden op 23 juli 1953 ingesteld voor de zwaarbeproefde Nederlandse militairen die deel uitmaakten aan het "Nederlands Detachement Verenigde Naties" dat in Zuid-Korea de binnengevallen Noord-Koreanen en later ook Chinese troepen probeerde te verdrijven en het marine-personeel dat zich aan boord had bevonden van Nederlandse marineschepen voor de kust van Korea.Wanneer een militair de voorgeschreven tijd in Korea heeft volbracht wordt op het lint een gesp gedragen. Deze zilveren gesp heeft de vorm van een met bloesem omkranst Romeins zwaard, een gladius. Op het blad van het ontblote zwaard is de tekst "KOREA 1950" gegraveerd.
Na een tweede, derde of vierde inzet in Korea werd op het gevest van het zwaard het cijfer "2", "3" of "4" gedragen. Men mag op het lint niet meer dan één gesp aanbrengen.
Het bezit van een degelijke gesp wordt op de baton aangeduid door middel van een achtpuntige zilveren ster. Bij een tweede, derde of vierde periode wordt een achtpuntige ster gedragen waarin een cijfer "2", "3" of "4" is gegraveerd.
Er zijn voor de krijgsverrichtingen in Korea ongeveer 4.000 kruisen voor Recht en Vrijheid uitgereikt. 516 militairen hadden recht op een zwaard met het cijfer "2", 38 op een zwaard met het cijfer "3" en één Nederlandse militair bracht zo lang in Korea door dat hij het cijfer "4" op het gevest van het zwaard draagt. Dit was voor Adjudant Th. Elbers. Zijn onderscheidingen bevinden zich in de historische verzameling van het regiment Van Heutsz.
Bron: Wikipedia