Vliegerhelm, drukhelm EFA Type 23 met reflecterende tape aan de achterkant in een omgekeerd T-vormig patroon inclusief olijf groene canvas helmtas
vliegerhelm
EFA uitrusting in de RNLAFGeschiedenis
In de tweede helft van de jaren zestig was er een ernstige bedreiging door hoogvliegende Sovjet-bommenwerpers en verkenningsvliegtuigen. Om ze te onderscheppen, moesten de piloten dapper vertrekken waar geen mens ooit was geweest (!). Nederland vloog in die tijd met de F-104G Starfighter. De Starfighter bleek erg handig in de hit and run tactiek. Vanwege de grote hoogte moesten de vliegtuigen vliegen, speciaal gereedschap was nodig voor de vliegers.
tactiek
Een onderschepping zou beginnen bij 35.000 voet, gas geven in de volledige naverbrander en bij bijna mach 2 was de neus 45 graden verhoogd. De vorm van dit patroon was parabolisch. Aan de top moest je de potentiële vijand ontmoeten en een raket afvuren. Over dat punt was je weer op weg naar beneden. Voor praktijkonderscheppingen werden de RAF Canberra's gebruikt, omdat ze tot 65.000 voet konden opereren. Het Nederlandse record voor deze vluchten was een hoogte van 79.900 voet, bereikt door kolonel Van Leeuwen. Piloten die werden gekozen om deze onderscheppingen te doen, hadden op maat gemaakte drukpakken met drukhelmen. In gebruik waren het Franse EFA-ARZ-30 drukpak en de EFA Type 21/23 helm. Een totaal van ongeveer. 35 was besteld.
Ensemble de Tête EFA Type 21 en 23
De gebruikte helmen zijn Type 21 en 23. Het enige merkbare verschil tussen de twee is de naam op het etiket in de nekring. De gebruikte helmschaal had een dikte van 2,2 mm met versterkte delen van 3 mm aan de bevestigingspunten van de vizieren. Het vizier bestond uit plexiglaslagen met een kleine tussenruimte die een 24 volt verwarmingsapparaat bevatte. Een getint vizier voor zonwering werd ook geïnstalleerd. De helm kan intern worden vastgemaakt met behulp van een grote knop op de achterkant van het hoofd. Deze knop haalt de interne helmonderdelen, zoals de oorschelpen, strakker of losser met kleine kabels. Voor communicatie zijn een boommicrofoon en luidsprekers in de schaal geïnstalleerd. De helm heeft ook een zuurstofslang en kleppen die de druk in de helm op het gewenste niveau houden. De helm heeft een ventilatie- en ademhalingstaak. Voor bevestiging en afdichting wordt de helm met een nekring aan het pak bevestigd. Deze ring heeft een rubberen kraag die de lucht in de helm houdt. Het ARZ-30-pak heeft een grote riem die van de rug loopt tussen de benen naar de voorkant van het pak. De riem is bevestigd aan de nekring en is vastgedraaid om de helm op zijn plaats te houden.
Helmmodificaties
De Nederlandse EFA Type 21/23 is minstens één keer aangepast. Zoals foto's vergeleken worden, is het duidelijk dat de helm op een bepaald punt in de levensduur een nieuwe zuurstofslang heeft gekregen. Volgens hun servicekaarten werden de helmen in 1971 naar EFA gestuurd voor aanpassing aan de leads. De Nederlandse helmen waren allemaal gemarkeerd met reflecterende tape aan de achterkant in een omgekeerd T-vormig patroon
Het veronderstelde vroege voorbeeld had de zuurstofslang en communicatiekoord in een rond huis dat de helm binnenging. (Zoals te zien op de foto's). In deze versie was de microfoon van de boom aan de rechterkant van de helm geplaatst. (Indien de zuurstofslang en -kabels de helm binnendringen) De veronderstelde latere versie had een nieuw ontworpen zuurstofslangassemblage. De zuurstof kwam de helm binnen via een metalen buis en de behuizing veranderde ook van vorm. Dit betekende ook een nieuwe positie van de microfoon en communicatiekabel die naar de linkerkant waren verplaatst.
De Gear
Combinasion Stratosphérique EFA - ARZ Type 30
Het pak is gemaakt van een groen nylon mengsel voor een grote elasticiteit. Een rubberachtige blaas vormt het opblaasbare deel van het pak. De blaas is bevestigd aan de binnenkant van het pak met drukknopen. Deze blaas bedekt de borst, de buik, de rug en de buitenzijden van de armen en benen. Voor het opblazen is een kleine slang onder de rechterarm aanwezig. Om een goede pasvorm te krijgen, heeft het pak een vetersysteem. In sommige luchtmacht werden de handschoenen onder druk ook gebruikt. Aan deze handschoenen kunnen kleine slangetjes aan het uiteinde van de mouwen worden bevestigd. Wanneer de handschoenen niet werden gebruikt, of gebruikt zonder ze op te blazen (Nederlandse luchtmacht), moesten de buizen worden afgedicht.
Le sous-vêtement ventilé EFA Type 25
Onder het pak wordt het EFA type 25, katoenen ventilatiekak gedragen met een kleine slang op de buik. Dit geeft de piloot de nodige frisse lucht onder zijn pak.
Checklist
Naast de gebruikelijke controles moesten de met EFA uitgeruste piloten verschillende andere controles uitvoeren voor en na het vliegen. Volgens studies volstond een gemiddelde van 1 vlucht per maand voor elke piloot.
.