Brewster B-339C 'Buffalo' (Replica) jachtvliegtuig van de 2e Vliegtuig Groep ML-KNIL met embleem van de neushoorn in geel vlak, in witte letters op de romp het registratienummer "B-3107" en de naam van de vlieger "Bruggink". Oranje driehoek als nationaal kenteken.
jachtvliegtuig
Te zien in het museum:M16.00.46N.01
Deze replica van de ML-KNIL Brewster Buffalo type B-339C heeft de registratie B-3107 waarmee Ridder Militaire Willems-Orde 4e Klasse Sergeant Vlieger-Waarnemer 'Tub' Bruggink vloog, en is uitgerust met de Java Rinos, het embleem van de 2e Vliegtuig Groep.Bouw Brewster 339C Buffalo:
Toen eind jaren dertig van de vorige eeuw de spanning in het Verre Oosten begon op te lopen, trachtte Nederlands Indië in korte tijd in de Verenigde Staten zo veel mogelijk vliegtuigen te kopen. Door de spanning in de wereld waren de bekende Amerikaanse vliegtuigfabrieken overbezet met orders en daardoor kwam de ML-KNIL (Militaire Luchtvaart van het Koninklijk Nederlands Indisch Leger) terecht bij de kleine vliegtuigfabrikant Brewster op Long Island, New York. De ML-KNIL bestelde daar uiteindelijk 72 Buffalo's en 20 van een zwaarder type. Deze laatste zijn door de val van Java niet meer geleverd.
De Brewster Buffalo was de belangrijkste jager bij de ML-KNIL en met de toestellen zijn vele oorlogsvluchten gemaakt. Enkele vliegers verdienden hiermee de Militaire Willems-Orde.
Buffalo's werden gebouwd voor de Amerikaanse Marine, voor België (niet meer geleverd) en voor Engeland. De Finnen ontvingen een aantal Amerikaanse marine toestellen.
In de wereld was geen Brewster Buffalo bewaard gebleven, totdat onlangs uit een Russisch meer een nagenoeg compleet Fins toestel boven water werd gehaald.
Het Cradle of Aviation Museum (CAM), Garden City, Long Island, New York is gespecialiseerd in het tonen van de luchtvaartontwikkelingen op Long Island, waar verschillende vliegtuigfabrieken domicilie hadden. Het exposeren van een Brewster Buffalo was één van hun wensen.
Daar geen Buffalo's meer voorhanden waren, werd besloten er zelf een te bouwen. Het toestel is zo ver gevorderd, dat het nagenoeg gereed is. Teneinde de vaardigheid in het bouwen te behouden werd aan de Stichting Vrienden van het Militaire Luchtvaart Museum het aanbod gedaan, ook voor het MLM een Buffalo te bouwen. Dit aanbod werd door de Stichting van harte aanvaard.
De nieuw gebouwde Buffalo's zullen geen echte replica's worden. Dit zou een uiterst kostbare aangelegenheid zijn. De toestellen zijn modellen op ware grootte, maar zodanig afgewerkt, dat dit uiterlijk niet is te zien. De buitenkant wordt volledig met aluminium beplating bekleed, de binnenzijde zal bestaan uit hout en kunststof. De cockpit zal in originele staat worden gebouwd.
Onlangs is een originele motor uit het Militaire Luchtvaart Museum in New York aangekomen. Deze zal in de Buffalo worden ingebouwd. De bouw van de linker- en rechtervleugelhelft is in een ver gevorderd stadium en met het aanbrengen van de vleugelhuid kan worden begonnen.
Het geraamte van het horizontale staartvlak is gereed, met de andere staartvlakken is begonnen.
Het windshield met sponningen en plexiglas is gereed, evenals het instrumentenpaneel met de vlieginstrumenten. De glasvezel-motorkap is gereed en past uitstekend over de motor.
Brewster 339 Buffalo:
Ontwikkeling:
Eind jaren '30 had de Amerikaanse Marine (US Navy) behoefte aan een moderne jager voor haar vliegdekschepen. Door de Brewster Aeronautical Corporation op Long Island, New York, werd de eerste metalen ééndekker-deklandingsjager ontworpen. Het toestel was uitgerust met een intrekbaar landingsgestel, gesloten cockpit en deklandingshaak. De eerste proefvlucht vond plaats op 2 december 1937. De Brewster-fabriek zag echter geen kans om de jager, met type-aanduiding F2A-1, op tijd te leveren, waarop de US Navy besloot tot aanschaf van een andere deklandingsjager. Wel kreeg Brewster toestemming om de geproduceerde toestellen als exportvariant B-239 aan Finland te verkopen. Een tweede variant, de F2A-2, met sterkere motor zou aan België worden geleverd als B-339B ('B' voor 'Belgium'), maar konden niet op tijd worden geleverd. Ook de Royal Air Force (RAF) bestelde toestellen voor trainingsdoeleinden en gaf het type de naam "Buffalo". Voor de verdediging van het Verre Oosten schafte de RAF later een gewijzigde versie van de F2A-2 aan en ontving deze met de aanduiding B-339E ('E' voor 'England').
De Brewster 339 Buffalo bij de Nederlandse Militaire Luchtvaart:
Midden 1940 bestelde Nederland 72 Brewster Buffalo´s voor de Militaire Luchtvaart van het Koninklijk Nederlandsch-Indische Leger (ML-KNIL). Deze toestellen kregen de export-aanduiding B-339C en B-339D ('D' voor 'Dutch'). 71 toestellen arriveerden tussen april en oktober 1941. De 72ste bleef in Amerika achter voor proefnemingen en werd later verscheept naar Australië. In februari 1941 kon nog de hand worden gelegd op 20 Brewster Buffalo's met de type-aanduiding B-439D (de exportvariant van de F2A-3 van de US Navy).
De door het ML-KNIL bestelde maar niet afgeleverde B-339D en B-439D Buffalo´s werden in maart 1942 vanuit Amerika per schip naar Australië overgebracht.
De Brewster Buffalo was de belangrijkste jager bij de ML-KNIL en met de toestellen zijn vele oorlogsvluchten gemaakt. Enkele vliegers verdienden hiermee de Militaire Willems Orde.
Eenheden:
3 VLG IV (Derde Afdeling Vierde Vliegtuiggroep), 1 VLG V, 2 VLG V en 3 VLG V
Taken:
Escorte, luchtverdediging, grondaanvallen en konvooibescherming
Bijzonderheden:
De toestellen van het type B-339C waren uitgerust met door Nederland geleverde Wright Cyclone R-1820-G105 motoren en die van het type B-399D met Wright Cyclone R-1820-G205 motoren die rechtstreeks bij de Wright vliegtuigmotorenfabriek waren gekocht.
Van de 63 ingezette toestellen gingen er 24 tijdens luchtgevechten verloren en werden er 16 op de grond vernietigd.
De naar Australië verscheepte toestellen werden door de Royal Australian Air Force voor de lokale verdediging en door de United States Army Air Force als trainer ingezet.
Vanaf de zomer van 1944 werden de toestellen die nog over waren, gesloopt.
Het toestel in de collectie van het NMM:
Het 'Cradle of Aviation Museum', Garden City, Long Island, New York is gespecialiseerd in het tonen van de luchtvaartontwikkelingen op Long Island, waar verschillende vliegtuigfabrieken domicilie hadden. Het exposeren van een Brewster Buffalo was één van hun wensen. Omdat er geen Buffalo's meer voorhanden waren, werd besloten er zelf een te bouwen. Aan de Stichting Vrienden van het Militaire Luchtvaart Museum is het aanbod gedaan om ook voor het MLM een Buffalo te bouwen. De nieuw gebouwde Buffalo is geen echte replica maar een model op ware grootte. De buitenkant is volledig met aluminium beplating bekleed maar de binnenzijde bestaat uit hout en kunststof. De cockpit is in originele staat gebouwd en in 2005 is een originele motor uit het MLM in New York aangekomen, die in het model werd ingebouwd.
Technische specificaties B-339:
Aantal 72 (24 type B-339C en 48 type B-339D)
Bemanning 1
Lengte 7,53 m
Spanwijdte 10,67 m
Hoogte 3,33 m
Motoren 1 x Wright Cyclone GR-1820-G205A (1.200 pk)
Max. snelheid 553 km/u
Kruissnelheid 410 km/u
Actie radius 2.693 km
Plafond 10.200 m
Bewapening 2 x 12,7 mm mitrailleurs
2 x 7,62 mm mitrailleurs
2 x 50 kg bommen (in bomrek onder de vleugels)