Airframe van het North American (Noorduyn) AT-16ND 'Harvard' IIB lesvliegtuig met registratie B-175 en constructienummer 14-765 ontdaan van alle huidbeplating en vleugels.
Lesvliegtuig
Noorduyn AT-16 Harvard IIB trainer/lesvliegtuigOntwikkeling.
In 1935 bracht de General Aviation-fabriek, de voorloper van North American, een tweetal ontwerpen uit van "Dutch" Kindelberger en "Lee" Atwood. Eén ervan was de GA-16, een tweezits laagdekker, met vast onderstel, een toen nog gebruikelijke romp van linnen en een Wright Whirlwind R-975 stermotor van 400 Dit toestel, later NA-16 was de oervader van de bekende AT-6 Harvard/Texan. (Zie verder ook het verhaal over de North American NA-16). In juni 1937 werd opdracht gegeven voor de productie van 58 BC-1’s (NA-36), een wapentrainer. Deze had vele aanpassingen ondergaan ten opzichte van de NA-16, wel bleef de rompconstructie vrijwel ongewijzigd. Zo was een intrekbaar landingsgestel aanwezig, waardoor een ‘leading edge fairing” nodig was en de center-sectie van de vleugel met 30 cm toenam. De romp bleef ongewijzigd en de uiteindelijke motor was een Pratt & Whitney R-1340-47 Wasp van 550 pk. Na het invliegen van het eerste toestel, volgde een aanpassing van het verticale staartgedeelte om de richtingstabiliteit te verbeteren. Het ronde roer werd vervangen door een meer rechte uitvoering.
Harvard IIB
De Harvard IIB was gelijk aan de BC-1A/AT-6A en werd onder licentie en volgens RAF-specificaties gebouwd door Noorduijn te Canada. De AT-16 twas voorzien van een Pratt & Whitney R-1340-AN-1 Wasp. Het typische ketterned propeller geluid wordt verzoorzaakt door de schokgolven aan de proptips. In de cockpit zaten verschillen: zo was ook hier de bekende Amerikaanse “pistoolgreep” van de stuurkolom vervangen door de cirkelvormige greep van de RAF. De bedienings-handles in de cockpit waren ook aangepast. De achterste stoel zat vast (bij de AT-6 draaibaar vanwege een mogelijk mitrailleur bediening). Omdat bij de AT-16 de achterste cockpit geen mitrailleur had, was dit deel van de canopy aangepast (deze was van dezelfde vorm als op de BT-14 Yale was gemonteerd en dus dat de bekende canopy met acht spanten zoals op KLu Harvards aanwezig was). De AT-16 had aan stuurboordzijde ook ietwat andere motorbeplating want er zat geen mitrailleur voorziening. Verder was het mogelijk om een vaste mitrailleur in de stuurboord vleugel te monteren, tevens konden lichte bommen worden meegevoerd. De verwarmingsbuis naar de cockpit liep buiten-om. Het staartwiel van de AT-16 was diameter 26 cm en bij de Amerikaanse AT-6 groter namelijk 31 cm.
De eerste opdracht was voor 210 toestellen voor de Canadese Luchtmacht, gevolgd door een opdracht van regering van de VS voor 1500 toestellen voor de Canadese Luchtmacht onder Lend-Lease-voorwaarden. Deze toestellen werden om administratieve redenen aangeduid als AT-16. Later volgde nog een soortgelijke opdracht voor 900 toestellen voor de RAF. (Veel van deze kisten gingen na de Tweede Wereldoorlog dus bij Lend-Lease naar Europese landen o.a. Nederland;
Gebruik bij LSK/KLu.
Na de Tweede Wereldoorlog werden uit surplusvoorraden van de RAF maar liefst 150 Harvard IIB’s betrokken welke gebouwd waren in Canada door Noorduijn. De kisten arriveerden via zgn. Maintenance Units in Engeland vanaf augustus 1947. Registraties B-1 tot en met B-150 werden aangekocht voor zo'n USD 5000 per kist. Een stuk of wat, registraties B-144 tot en met B-150 zijn nooit gebruikt (aangeschaft ten behoeve van onderdelen).
De kisten werden verdeeld over de KLu en MLD. Een zestal LSK Harvards gingen in 1947 naar Nederlands-Indië voor gebruik bij het ML-KNIL. (maar 3 sloegen overboord van het ms Tjikampek transportschip tijdens een storm).
In 1947 werd gestart met de Voortgezette Vlieg Opleiding op Gilze-Rijen. Eind 1947 werden nog eens twintig Harvards van de SAAF (Zuid-Afrikaanse Luchtmacht) aangeschaft, deze werden ook gebruikt voor onderdelen. In 1949 volgden nog eens 50 stuks Noorduyn AT-16 Harvard IIb kisten, die registraties B-151 t/m B-200 kregen, afkomstig van het Canadese RCAF (Royal Canadian Air Force). Deze toestellen werden in dienst genomen, na een uitgebreide revisie bij Fokker.
Additionele 50 stuks kwamen vanaf 1949 uit Canada via Fokker/ Aviolanda, waarbij een soort "vernieuwbouw" van surplus toestellen uit de oorlog werd uitgevoerd, dus geen echte licentiebouw. (Aviolanda verkocht ook aantal kisten aan Zwitserland en klein aantal naar de RijksLuchtvaartSchool en Israël).
De toestellen deden dienst bij de "Voortgezette Vliegopleiding" op Gilze-Rijen. Enkele toestellen deden ook dienst bij de Jachtvliegschool op Twente. In de loop van de 1955 werd de Harvard gemodificeerd en veel kisten kregen een radio compas achter de cockpit dat onder een glazen koepeltje achterop de romp zit.
In de loop van 1962 werden de toestellen buiten dienst gesteld. De vliegopleiding werd vanaf die tijd gedaan in samenwerking met de Belgische Luchtmacht. Wel werden nog enkele toestellen gebruikt op een aantal vliegbases bij de Basisvluchten als verbindingsvliegtuigen.
Bij de Marine Luchtvaart Dienst waren ook Harvards in gebruik. Zes toestellen waren in dienst bij het zogenaamde "vliegkampschepen detachement" op Valkenburg. Later werden nog toestellen overgenomen van de Koninklijke Luchtmacht. In maart 1971 werd de laatste kist buiten dienst gesteld.
Het toestel in de collectie van het NMM:
Het North American AT-16ND 'Harvard' IIB lesvliegtuig werd in (Canada) licentie gebouwd door het Noorduyn (US Fiscal Year nr. 42-12518) met constructienummer c/n 14-765 Ex-toestel van de Royal Canadian Air Force met RAF-serial. FH131. Bij de LSK/KLu gevlogen onder registratie B-175 en is waarschijnlijk later voor instructie en lesdoeleinden ontdaan van alle huidbeplating en vleugels.
Aircraft History:
Constructed as an AT-16-ND by Noorduyn.
Taken on Strength/Charge with the Royal Air Force.
There are conflicting s/n for this airframe the Klu records show RAF s/n FH105 other sources show FH131.
2 October 1946
Struck off Strength/Charge from the Royal Air Force.
23 August 1949
Taken on Strength/Charge with the Koninklijke Luchtmacht / Royal Netherlands Air Force with s/n B-175.
Assigned to Soeterberg Airbase for storage.
Transferred to Gilze-Rijen Base Flight.
Transferred to Woensdrecht Airbase.
Transferred to Eindhoven Airbase.
Transferred to Volkel Airbase.
21 November 1966
Struck off Strength/Charge from the Koninklijke Luchtmacht / Royal Netherlands Air Force.
Assigned to Gilze Rijen Airbase for storage.
1971
Assigned to Ypenburg Airbase for storage.
1980
Transported by ground. Delivered to To Gilze Rijen Airbase.
Stripped of her skin.
Transported by ground. Delivered to Militaire Luchtvaart Museum, Soesterberg.
1980
To Militaire Luchtvaart Museum, Kamp van Zeist, Soesterberg, Utrecht.
2014
Transported by ground. Delivered to Nationale Militaire Museum Depot., Former Soesterberg Air Base, Soesterberg, Utrecht.
Bron: https://aerialvisuals.ca/AirframeDossier.php?Serial=7348
Bron: https://www.ipms.nl/artikelen/nedmil-luchtvaart/vliegtuigen-n/vliegtuigen-n-northam-harvard/1709-vliegtuigen-n-northam-harvard-3