Mortier in stelling tijdens de vliegdemonstratie te Andir, 30 Mei 1939.
documentaire weergave
Een fotoalbum van de Militaire Luchtvaart KNIL voor luitenant-generaal M. BoerstraHet Legermuseum bezit een luxe fotoalbum met een krokodillenleren band dat op 10
juli 1939 werd aangeboden aan de scheidende legercommandant, luitenant-generaal
M. (Murk) Boerstra. Het album bevat 32 zwartwitfoto’s met onderschriften.
Op de eerste foto (van de rechter propellermotor en een stukje cockpit van een Glenn
Martinbommenwerper) staat de volgende tekst ‘Uit groote erkentelijkheid aangeboden
aan z.e. den commandant van het leger luitenant-generaal M. Boerstra door
de officieren en daarmee geassimileerde burgerambtenaren der militaire luchtvaart.
Andir, 10 juli 1939’.
Het album bevat luchtfoto’s van militaire gebouwen, kampementen, vliegterreinen en
foto’s van veldoefeningen (onder andere het Departement van Oorlog in Bandoeng
en de vliegterreinen Kalidjati en Andir), alsmede afbeeldingen van vulkanen (onder
andere de Krakatau en de Merapi), civiele gebouwen en bezienswaardigheden (onder
andere Bosscha’s sterrenwacht, Villa Isola in Bandoeng, het havengebied Tandjong
Priok bij Batavia en het paaldorp in de Segara Anakan bij Tjilatjap). Ook een luchtfoto
van de ambtswoning van de generaal in Bandoeng en het buitenverblijf van de Gouverneur-
generaal van Nederlands-Indië bij Sindanglaja zijn in het album aanwezig.
De commando-overdracht vond op 22 juli 1939 plaats op de vliegbasis Andir, gevolgd
door een parade van de garnizoenen Bandoeng, Tjimahi en Batoedjadjar. Boerstra
werd opgevolgd door luitenant-generaal G.J. Berenschot. Toen generaal Boerstra op
26 juli met de mailboot uit de haven van Batavia (Tandjoeng Priok) vertrok, bracht de
Militaire Luchtvaart KNIL hem een laatste luchtgroet met maar liefst negenenveertig
vliegtuigen.1
Murk Boerstra (1883-1953) kwam uit een familie van handswerklieden. Na afronding
van de HBS vervolgde hij zijn opleiding aan de Cadettenschool in Alkmaar, en daarna
aan de KMA in Breda. Op 22 januari 1905 kwam hij als tweede luitenant in Nederlands-
Indië aan. Het jaar daarop nam hij deel aan de expeditie tegen Bali en later aan de
strijd op Celebes. In 1910 ging hij voor drie jaar lesgeven in de artilleriewetenschappen
op de KMA. Daarna werd hij als veelbelovende kapitein toegelaten tot de hogere
krijgsschool. Na voltooiing, als een van de besten van de opleiding, werd hij kort
geplaatst bij de Generale Staf en bij de 2e opnemingsbrigade van de topografische
dienst. In 1920 werd hij militair attaché bij de gezantschappen in Tokio en Peking met
als standplaats Tokio. Op 2 april 1926 werd Boerstra majoor, twee jaar later luitenantkolonel
en op 2 oktober 1931 kolonel. In november 1932 werd hij benoemd tot
generaal-majoor, om binnen nog geen drie jaar (op 23 juli 1935) luitenant-generaal
J.C. Koster op te volgen als commandant van het leger in Nederlands-Indië, tevens
hoofd van het Departement van Oorlog.
Toen Boerstra als legercommandant aantrad, verkeerde het leger in een deplorabele
staat en was het volgens de Defensiegrondslagen van 1927 niet in staat om een vijandelijke
aanval met kracht te weerstaan. Verder woedde er in de voorgaande jaren een
strijd tussen het leger en de marine om de vraag wie nu de voortrekkersrol moest vervullen
bij de verdediging van Nederlands-Indië, ingeval van een buitenlandse aanval.
De marine was van mening dat zij als eerste verantwoordelijk was voor de verdediging
en dat het leger daarbij ter ondersteuning diende. Voor Boerstra had een uitbreiding
van de luchtstrijdkrachten met bommenwerpers met een grote actieradius en luchtafweer
de grootste prioriteit. Daarnaast wilde hij vooral de materiële uitrusting van het
leger krachtig verbeteren. Vanaf februari 1936 werden tientallen Glenn Martinbommenwerpers
van het type 139 WH-1 besteld en afgeleverd. Verder werden er plannen
uitgewerkt om tot negen afdelingen van dertien Glenn Martins te komen. Daarnaast
werden er jachtvliegtuigen aangeschaft, vliegers en grondpersoneel opgeleid en
grote aantallen vliegvelden aangelegd in de buitengewesten, waaronder ook geheime.
Toen op 22 juli 1939 de commando-overdracht van Boerstra naar Berenschot
plaatsvond was de opbouw van de luchtvaartafdeling, onder de naam het wapen
der militaire luchtvaart, in volle gang. De versterking van het leger was nog lang niet
voltooid. Vooral personeelsgebrek en vertraging in de aflevering van aangekocht
materieel waren hieraan debet.2
De reden dat luitenant-generaal Boerstra bij zijn vertrek door de Militaire Luchtvaart
van het KNIL zo uitvoerig werd gewaardeerd en bedankt, onder andere met het
prachtig uitgevoerde fotoalbum, was te danken aan zijn enorme inspanning voor het
Indische luchtwapen.
A photoalbum of the Royal Netherlands East Indies
Army Air Force of Lieutenant-General M. Boerstra
The Royal Dutch Army Museum has in its collection a photo album containing of
32 annotated black and white photographs. The album is bound in crocodile. It was
presented to the departing commander, Lieutenant-General M. Boerstra, on 10 July
1939 and is dedicated to him. The album not only contains photographs of military
buildings, camps, airfields and exercises, but also volcanoes, civilian buildings and
aerial photographs of the general’s residence and the Governors’ palace. Boerstra was
born in 1883 to a family of artisans. Thanks to his intelligence, he was admitted to the
Royal Military Academy and arrived in the Dutch East Indies on 22 January 1905 as a
2nd lieutenant. He rose through the ranks quickly and was appointed Army commander
on 23 July 1935, while still a major-general. The Army was in a poor condition and
incapable of defending the territory against an enemy attack and Boerstra immediately
recognised that his first priority was to expand the Army Air Force’s capability with
long-range bombers and modern antiaircraft guns, along with the general improvement
of the Army’s equipment. His commitment towards improving the Army Air Force
was the reason why Boerstra was presented with this photo album
as a token of appreciation and gratitude.
1 Bij de wisseling in het legercommando’, in: Indisch Militair Tijdschrift, tweede halfjaar, zeven
tigste jaargang (1939) 685, 690
2 H.L. Zwitzer, ‘M. Boerstra (1883- 1953)’, in: G. Teitler, W. Klinkert (red.), Kopstukken uit de Krijgs
macht, Nederlandse vlag-en opperofficieren 1815-1955 (Amsterdam 1997) 183-186, 189-193
(Armamentaria, vol. 47 (2012/2013), p. 190-193)