Uitklappen

Japans mortier model 89, zogenaamd 'kniemortier', met getrokken loop, kaliber 50 mm - hachi-kyu-shiki ju-tekidanto

mortier

Vanaf 1929 werd bij de Japanse infanterie dit lichte ondersteuningswapen ingevoerd. Globaal was één wapen per 36 man ingedeeld, pelotonsniveau dus. De naam 'kniemortier' is ontstaan door de vorm van de grondplaat, die er toe uitnodigde op het bovenbeen te worden geplaatst. Dat was echter niet de bedoeling en zou tot ernstige verwondingen hebben geleid. De grondplaat diende op de grond of een stabiel steunpunt te worden geplaatst en onder 45º schuin omhoog te worden gehouden. Door de steel van het wapen, met daaraan de stootbodem met slagpin, te verplaatsen in de lengte van de loopas, kon de dracht worden geregeld: hoe langer het gebruikte gedeelte van de (getrokken) loop, hoe verder het wapen schoot. Hiertoe was op het steelgedeelte een schaalverdeling aangebracht. De maximum dracht was 650 meter, waarbij een granaat er dan 13 seconden over deed om zijn doel te bereiken. De munitie was een brisantgranaat met een eigen drijflading en een schokbuis. Tussen de drijflading en het granaatlichaam bevond zich een zachtkoperen geleideplaat, met een zodanige diameter, dat het projectiel gemakkelijk in de loop paste. Door de granaat in te loop te laten glijden, kwam zij te rusten op de stootbodem, met een slaghoedje boven de slagpinpunt. Na overhalen van de spantrekker sloeg de slagpin in het hoedje en ontstak de drijflading, waarvan de gassen konden ontwijken door gaten in de bodem van het projectiel. Een techniek die veel werd toegepast bij Duitse granaatwerpers in de Eerste Wereldoorlog. Niet alleen werd hierdoor het projectiel uit de loop gedreven, maar ook expandeerde de zachtkoperen geleideplaat, die zich in de trekken en velden perste en daarmee de granaat rotatie gaf voor een stabiele vlucht. Deze techniek werd ook toegepast bij het Amerikaanse getrokken 4.2" mortier en maakte het mogelijk een getrokken wapen aan de voorzijde te laden. Naast de originele, door rotatie gestabiliseerde, granaat, kon ook de Japanse handgranaat Type 91 worden verschoten, waartoe deze werd voorzien van een (aanschroefbare) drijflading.