Rapier met komgevest, 1650-1660
rapier
Rapier met komgevest (1650-1660)Lengte totaal: 1236 mm, lengte blad: 1006 mm, breedte blad: 23 mm
Frontaalsymmetrisch gevest bestaande uit beugels, die rond van doorsnede zijn en met afgeplatte enigszins uitstulpende uiteinden, alsmede een komvormige stootplaat. Onder het midden van de vuistbeugel ontspringt na een rib rondom, een parallelbeugel die samenvloeit met de rechte achterpareerstang. De parallelbeugel vormt tevens de bovenrand, respectievelijk maken deel uit van een half bolvormige kom. De voorste rechte pareerstang penetreert de kom. Het pareerblok heeft een middengraat en steekt driehoekig naar beneden uit. Binnen de kom bevinden zich pareerbeugels waarvan aan weerszijden van de onderuiteinden een langs de kling doorlopende zijring ontspringt die boven samenvloeit met de parallelbeugel. De kom is ajour bewerkt en bestaat uit vier bolle platen (twee nagenoeg cirkelvormige aan de buiten en draagzijde en twee driehoekige aan de voor- en de achterzijde) aan de die in feite de ruimte tussen de zijringen vullen. De versiering van de afzonderlijke platen bestaat uit een centraal rozet met daaromheen radiaal gearrangeerde openingen (ronde en rechthoekige gaatjes). Aan de voorkant van de kom is aan de draagzijde een recente trapeziumvormige reparatie aanwezig.
Vgl: Norman & Barne (1980), hilt 102, 1650-1700).
Knop: Rond van doorsnede in bovenaanzicht. Profiel: twee kegels met de bases tegen elkaar met een middenband. De top van de bovenste kegel is stulpt uit in een van boven afgeplatte angelknop. De twee kegels hebben rondom randiale groeven. De middenband is voorzien van cirkelvormige groeven (wrsh lofwerk). Kegelvormige knophals.
Vgl: Norman & Barne (1980), pommel 74, about 1630-1655.
Greep van spoelvormige doorsnede met stijle spiraalgewonden ribbels en groeven. Horizontale nauwe wikkeling met ijzerdraad in kepervormige strengen. Smalle turkse knopen aan beide uiteinden.
Kling: Ruitvormig van doornse tot aan de lancetvormige punt. Smaller ricasso van rechthoekige doorsnede binnenin de kom. Het buiten de kom gelegen deel begint met een korte duidelijk geprofileerde klinghiel, die zo breed is als de rest van de kling.