Degen, Parijs, 1749-1750
degen
Gevest gemaakt van zilver met een neerwaarts gebogen achterpareerstang. De eindknop van de achterpareerstang is versierd met een schelpmotief. De achterpareerstang ontspringt uit een met rocailles versierd, rechthoekig pareerblok. Uit de andere zijde van het pareerblok ontspringt een bolle, D-vormige knokkelbeugel. Het verdikte midden van de knokkelbeugel is ook versierd met rocailles. Op de linkerzijde van de bovenste bocht van de knokkelbeugel is een belastingsmerk aanwezig in de vorm van een vogelhoofd. De knokkelbeugel is verzonken in de gevestknop. Uit de basis van de knokkelbeugel en de achterpareerstang onstpringen bij het pareerblok twee vingerbeugels. Deze vingerbeugels reiken tot aan de stootplaat, maar staan er niet mee in verbinding. Tussen de stootplaat en het pareerblok is een vierkant gefacetteerd stootblok aanwezig. De stootplaat is symmetrisch 8-vormig uitgevoerd en is compleet versierd met rocailles. Het gevest is geïdentificeerd als een Norman gevesttype 112 (1740-1760). Op de linkerzijde van de stootplaat zijn drie merken aanwezig: een belastingsmerk bestaand uit een bekroonde A, een makersmerk bestaand uit een bekroond zwaard met ernaast graankorrels en het initiaal van de voornaam, de letter I en als laatste een jaarmerk, bestaand uit een bekroonde letter I. De stijl van de belastingsmerken op zowel de knokkel- als vingerbeugel wijzen op een datering tussen oktober 1744 en september 1750. Met behulp van het jaarmerk kan deze datering worden verscherpt naar september 1749 tot september 1750.De hangreep is spoelvormig en gemaakt van hout met een ovale doorsnede. De handgreep is omwikkeld met banden getwijnd zilverdraad van verschillende diktes. Aan de boven- en onderzijde van de handgreep is een Turkse knoop aanwezig van getwijnd zilverdraad.
De gevestknop is eivormig en gemaakva van zilver met een ovale doorsnede. De gevestknop is versierd met rocailles met bovenop de gevestknop een angelknop. De gevestknop is geïdentificeerd als een Norman knoptype 88 (1700-1780).
De kling is recht, tweesnijdend en gemaakt van ijzer met het bladtype Colichemarde. Op de buitenzijde van de kling is een sterk verhoogde middenrichel aanwezig terwijl de binnenzijde een middengeul heeft. Hierdoor heeft de kling een driehoekige doorsnede. Op het verbrede sterk van de kling is op de basis een paneel met moresken geëtst. Ook de rest van de verbrede sterk is met moresken versierd.