Infanteriesabel, Nederland, 1754-1795
sabel
Gevest gemaakt van messing met een taps toelopende, rechte achterpareerstang voorzien van een neerwaartsgebogen druppelknop. Aan de andere zijde van de kling gaat de taps toelopende voorpareerstang over in een D-vormige knokkelbeugel. De knokkelbeugel heeft een smalle ovale doorsnede en is met een spijker bevestigd aan de snuit van de greepkap. Tussen de pareerstang en de kling zijn de restanten van een stootleder aanwezig.De handgreep is gemaakt van hout en is met touw voorzien van elf ribben. De handgreep is omwikkeld met haaienleer en is tussen de ribben omwikkeld met een combinatie van recht en getwijnd messingdraad. De handgreep is bedekt met een gladde brede greepkap van messing. Het uiteinde van de greepkap is bol en taps toelopend naar de snuit. Bovenop de greepkap is een kleine cillindrische angeknop aanwezig. Aan de onderzijde van de handgreep zijn de handgreep en greepkap omwikkeld met een gladde, brede greepring.
De kling is licht gebogen, eensnijdend en gemaakt van ijzer. De kling is voorzien van een asymmetrische punt. De laatste circa 10 cm van de klingrug kan scherp geslepen worden, maar dit is nooit gebeurd. Daarentegen is het rugscherp arsenaal-geslepen. De voorste snijrand is wel scherp geslepen en bevat meerdere grote en kleine bramen die ooit als gebruiksschade zijn ontstaan.
De schede is gemaatk van leer en is versierd met banen parallel aan de randen. Aan de onderzijde van de schede is een gladde, brede schedepunt van messing aanwezig. De schedepunt is versierd met een kleine eindknop. Aan de bovenzijde van de schede is een gladde, brede schedemond van messing aanwezig. Aan de onderzijde van de schedemond is een koppelhaak bevestigd. De koppelhaak is versierd met aan de onderzijde een gestileerde eindknop en aan de bovenzijde een dubbele parallele groef.