Infantriesabel, Nederland, 1756-1784
sabel
Gevest gemaakt van messing met een neerwaarts gebogen, taps toelopende achterpareerstang met een balustervormige eindknop. Aan de andere zijde van de kling gaat de taps toelopende voorpareerstang snel over in een D-vormige knokkelbeugel met een plat ovale doorsnede. De knokkelbeugel is met een schroef bevestigd aan de snuit van de greepkap.De handgreep is gemaakt van hout en is met behulp van touw voorzien van elf ribben. De handgreep is daarna omwikkeld met haaienleer en tussen de ribben is de handgreep omwikkeld met twee stukken recht messingdraad. De handgreep is bedekt met een greepkap. Het uiteinde van de greepkap is vormgegeven als een gestylleerde leeuwenkop. Bovenop de greepkap is een kleine cyllindrische angelknop aanwezig. Op de greepkap staat een inscriptie "W (wijk) 44 = N = 62", oftwel sabel 62 uit wijk 44 (van een onbekende stad). Dit betekent dat de sabel gebruikt is door de burgerwacht. Vaak kregen infantriesabels een tweede leven in de burgerwacht van een stad, meestal rond ongeveer 1784. Aan de onderzijde van de handgreep zijn de handgreep en de greepkap omwikkeld met een gladde, brede greepring van messing.
De kling is licht gebogen, eensnijdend en gemaakt van ijzer. De kling is voorzien van een asymetrische punt en de laaste tien centimeter van de klingrug kan geslepen worden. De kling is versierd met op beide zijden van de kling de arm Gods in lijnets.
De schede is gemaakt van leer en versierd met een enkele baan parallel aan de randen. De schedepunt is verdwenen en aan de bovenzijde van de schede is een gladde, brede schedemond van messing aanwezig. Aan de onderzijde van de schedemond is een gat aanwezig waar de koppelhaak doorheen steekt. De koppelhaak is met de niet-methode bevestigd aan de schede en de schedemond. De koppelhaak is versierd met twee parallele lijnen aan de bovenzijde van de koppelhaak en een gestylleerde eindknop.