8-schots halfautomatisch centraalvuurpistool systeem Luger Parabellum Nederlands model 1911 KNIL, kaliber 9 x 19 - Pistool M11
centraalvuurpistool
Het pistool M.11 in gebruik bij de ML-KNILHet meest gebruikte vuistvuurwapen van het KNIL tussen 1912 en 1942 was het
pistool M.11 (ontwerp Luger). Hiervan werden er maar liefst 14.000 door het Indische
leger gebruikt. De pistolen werden door twee verschillende leveranciers vervaardigd:
aanvankelijk door de Deutsche Waffen- und Munitionsfabriken (DWM) in Berlijn en
vanaf 1919 tijdelijk door Vickers ltd in Engeland. De DWM leverde de onderdelen aan
Vickers waar de pistolen in elkaar werden gezet. Vanaf 1928 kon het KNIL weer direct
terecht bij de Duitse wapenleverancier.
Het Legermuseumexemplaar is een 8-schots halfautomatisch centraalvuurpistool in
het kaliber 9mm Parabellum, heeft een Vickers kast en een DWM knievergrendeling en
is dus in de periode 1919-1928 in Engeland in elkaar gezet.
De M.11 werd door het KNIL op grote schaal gebruikt. Eind jaren dertig waren officieren,
onderofficieren en al het personeel van de militair geneeskundige dienst, de
militair diergeneeskundige dienst en de topografische dienst ermee bewapend, evenals
de magazijnmeesters, monteurs, vliegers en vliegtuigschutters van de Militaire
Luchtvaart van het KNIL.
Naast het jaartal was het pistool M.11 met toebehoren bij indienststelling voorzien
van een koperen korpsmerk en wapennummer. De exemplaren die aan officieren en
onderluitenants in bruikleen werden gegeven en bij overplaatsing of na afloop van
hun diensttijd moesten worden ingeleverd, waren daarvan uitgezonderd. Volgens het
overzicht wapening en munitie, dat per 1 januari 1939 in werking trad, was de code
op het korpsmerk L.A. (luchtvaartafdeling). Dit veranderde in de loop van datzelfde
jaar naar M.L. (militaire luchtvaart). De code van het korpsmerk met M.L. And. 11 op het
museumexemplaar staat voor militaire luchtvaart Andir met wapennummer 11. Andir
was een grote militaire vliegbasis nabij Bandoeng op Java.1 Naast de directe functie
van centrale operationele vliegbasis was deze vliegbasis voor de ML-KNIL van wezenlijk
belang voor de handhaving van de gevechtskracht in het algemeen, vanwege de
zeer moderne en complete faciliteiten op het gebied van opslag, onderhoud, assemblage,
radiocommunicatie en vliegers- en monteursopleiding. Begin 1941 kreeg Andir
ook als eerste vliegveld in Indië een verharde start- en landingsbaan. Als bescherming
tegen luchtaanvallen beschikte het voornamelijk over 12,7 mm luchtdoelmitrailleurs
en eigen jachtvliegtuigen. Passieve beschermingsmiddelen, zoals scherfweren in de
vorm van aarden wallen waarbinnen vliegtuigen relatief veilig konden worden opgesteld,
waren niet aanwezig. 2
Pistol M.11, used by the Netherlands East Indies Army Air Force (RNEIA)
The M.11, also known as the Parabellum (type Luger), was the most commonly used
handgun of the Royal Netherlands East Indies Army (RNEIA) between 1912 and 1942.
Two different suppliers, Deutsche Waffen- und Munitionsfabriken (DWM) from Berlin
and Vickers Ltd from England, provided some 14,000 guns. This particular copy has
a Vickers frame and a DWM knee joint and was produced between 1919 and 1928 in
England. It is an 8-shot semi-automatic centre fire pistol in 9 mm parabellum. This gun
was used by officers, non-commissioned officers, personnel of the military veterinary
service, the topographic service, quartermasters, mechanics and pilots of the KNIL.
Most M.11 guns had a copper corps tag, weapon number and pistols date, with the exception
of loaned guns, which had to be returned after service or after translocation.
The tag changed from L.A. (‘luchtvaartafdeling’, aviation department) to M.L (‘militaire
luchtvaart’, military air force). This particular gun has the inscription M.L. And 11,
referring to weapon no. 11 of the military air force of Andir, a large military airbase on
Java, which played a key role in maintaining combat power thanks to its modern and
comprehensive facilities and its 12.7 mm anti-aircraft guns. In 1941, Andir was the first
air force base in the East Indies to acquire a hardened runway for its fighter planes.
1 B.J. Martens, G. de Vries, Nederlandse vuurwapens, KNIL en Militaire Luchtvaart 1897-1942
(Amsterdam 1995) 29, 32-33, 242
2 R.P.G.A. Voskuil, e.a., Bandoeng, beeld van een stad (Purmerend 1996) 52
(Armamentaria, vol. 47 (2012/2013), p. 56-57)