Zwaard, anderhalfhander met S-vormige pareerstang, 1450-1525
zwaard
Te zien in het museum:M.14.0.20O.03
Gevest met schijfvormige knop met ingevijlde kabelranden en met een kleinere concentrische d.w.z. eveneens cirkelvormige uitholling op de buitenzijde. Greep van zwart geverfd hout (latere toevoeging) met een rondom lopende verdikking rondom. De pareerstang is horizontaal S-vormig gebogen. Het middengedeelte ervan is rechthoekig van doorsnede, wordt aan weerszijde van de greep begrensd door twee rondom lopende groeven, waarna de armen naar de gebogen uiteinden toe driehoekig van doorsnede worden. Op de draagzijde heeft de pareerstang in het midden een graat overdwars.De kling loopt geleidelijk spits toe naar de punt. Er is een centrale graat met aan weerszijden holle vlakken, waardoor de kling enigszins plat-ruitvormig van doorsnede is. Op ca. 18 cm van de pareerstang bevinden zich de resten van een kruisboogmerk van ingelegd messing (zie tekening).
Bodemvondst uit de rivier het Spaarne, in of buiten Haarlem, nadere locatie onbekend. Volgens Oakeshott (Records, 12-13) kwam dit type gevest in de periode 1450-1525 veel voor in Noord-Europa. De vorm van de kling met een centrale graat die tot aan de punt doorloopt, duidt erop dat dit een zwaard was bedoeld om mee te steken.
Lengte totaal: 1068 mm / Lengte kling: 783 mm / Breedte kling: 45mm / Lengte pareerstang: 183 mm.
Literatuur: Oakeshott (1991)
Oude inv.nrs. 7576/Ea.95
Herkomst: verworven in 1971door middel van ruil
Sword for one-and-a-half hand, 1450-1525
Inv.no. 011102
Hilt with disk-shaped pommel, with edges filed as cables, and with a smaller concentric, slightly concave field on the obverse. Grip of black-painted wood (later restoration) with a swelling round about, but slightly underneath, the centre. The crossguard assumes an S shape in the horizontal plane, it is of rectangular section in the central part and has on either side of the grip a pair of transverse grooves. The arms assume a triangular section until the terminals. On the reverse the crossguard has a transverse rib in the centre.
The blade is gradually tapering off towards the point. There is a central rib flanked by concave faces making the blade in cross-section somewhat flattened-lozenge-shaped. At about 18 cm from the crossguard is the mark of a crossbow consisting of grooves inlaid with (the remains of) brass wire (see drawing).
Recovered from the bed of the river Spaarne (situated in and near the town of Haarlem, province of North-Holland), more precise location unknown. According to Oakeshott (Records, p. 12-13) this type of hilt was very common in Northern Europe during the 1450-1525 period. The shape of the blade with a central rib running to the point is an indication that this sword was designed for the thrust.
Overall: 1068 mm / Blade length: 783 mm / Blade, greatest width: 45 mm / Length of crossguard: 183 mm
Literature: Oakeshott (1991)
Former Inv.no. 7576/Ea.95
Acquired through exchange, Haarlem, February 1971