Uitklappen

Automatisch luchtdoelkanon Polsten, Brits model Mk1, kaliber 20 x 110 RR (VV)

automatisch kanon

Met de ontwikkeling van het Polsten 20 mm kanon werd vóór het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog in Polen begonnen. De bedoeling was een Oerlikon ontwerp zodanig te wijzigen, dat de productie eenvoudiger werd. Tijdens de Duitse inval weken de Poolse constructeurs uit naar Engeland en zetten daar samen met Tsjechische collega's de ontwikkeling voort. Het resultaat werd in 1944 in gebruik genomen en was voornamelijk bedoeld als licht afweergeschut voor luchtlandingstroepen. Het werd echter ook gebruikt in vierlingopstelling op onderstellen van Cromwell tanks. Het wapen werkte net als het oorspronkelijke Oerlikon model op basis van vervroegde ontsteking ('advanced primer ignition') en was onvergrendeld. Behalve met de gebruikelijke 60-schots trommelmagazijnen van Oerlikon, kon dit wapen ook worden gevoed met een speciaal ontworpen 30-schots staafmagazijn. De vuursnelheid was circa 450 schoten per minuut, waarbij de projectielen een aanvangssnelheid hadden van 817 meter per seconde. De effectieve dracht was circa 1000 meter. Als luchtdoelkanon bleef het wapen tot 1950 in gebruik en in vroege versies van de Centurion tank was een Polsten gemonteerd naast, maar niet coaxiaal met de 20-ponder hoofdbewapening (zie afbeelding in Osprey/Vanguard22 t.o.v. pagina 24). De electrische afvuurinrichting van dit exemplaar wijst op gebruik in een meervoudige opstelling.