Overjas Veldtenue van grijsgroen whipcord, gedragen door majoor-generaal der infanterie H. de Jongh, model 1923, in 1934 van onderscheidingstekens voorzien Benoeming en aanstelling van en P.H.A. de Ridder tot tweede-luitenant bij het 1e Regiment van de Infanterie Benoeming en aanstelling van en P.H.A. de Ridder tot eerste-luitenant bij het 1e Regiment van de Infanterie Benoeming en aanstelling van P.H.A. de Ridder tot eerste-luitenant bij het 1e Regiment van de Infanterie Benoeming en aanstelling van P.H.A. de Ridder tot kapitein bij het Wapen der Infanterie bij het 9e Regiment Benoeming en aanstelling van P.H.A. de Ridder tot majoor bij de Generale Staf Benoeming en aanstelling van P.H.A. de Ridder tot luitenant-kolonel, Commandant van het 1ste Regiment Benoeming en aanstelling van P.H.A. de Ridder tot kolonel van de Generale Staf, toegevoegd aan de Chef van de Generale Staf Benoeming en aanstelling van P.H.A. de Ridder tot generaal-majoor, commandant van de IIde Divisie Benoeming van generaal-majoor P.H.A. de Ridder tot 'Grand-officier de l'Ordre Grand-Ducal de la Couronne de Chêne' [groot officier in de orde van de eikenkroon] Verklaring benoeming T.J. Roelofs tot Ridder in de Orde van Oranje-Nassau Orde van Oranje-Nassau, eremedaille in zilver, miniatuur, van dienstplichtig soldaat J.W. Keemink